Gedragscodes inzake sponsoring

Alle marketinguitingen moeten voldoen aan de eisen van de Gedragscode Geneesmiddelenreclame. Deze code is in 1992 opgesteld en valt tegenwoordig onder de Stichting Code Geneesmiddelenreclame (CGR). De CGR heeft bovenop de algemene gedragscode ook aanvullende gedragsregels vastgesteld voor sponsoring van patiëntenorganisaties. Belangrijke punten daarin zijn dat de onafhankelijkheid van de organisatie die niet in gevaar mag worden gebracht door sponsoring en dat directe of indirecte promotie voor receptgeneesmiddelen verboden is. Zo mag nog geen cent van het sponsorgeld direct naar de leden van de vereniging vloeien. Zelfs niet in de vorm van een kopje koffie. De regel is dat de farmaceutische industrie geen gastvrijheid mag verlenen. Uitzonderingen op deze regel gelden voor beroepsgroepen als artsen en verpleegkundigen die wel een bijdrage krijgen voor bijvoorbeeld reisjes naar buitenlandse congressen. Overigens stelt de CGR wel een maximum percentage aan deze vergoedingen.

Om de naleving van de code te controleren is er de Keuringsraad KOAG/KAG. “Reclame voor geneesmiddelen die uitsluitend op recept verkrijgbaar zijn, is verboden op plekken die publiekelijk toegankelijk zijn”, zegt Janine Galjaard van de Keuringsraad. Alle op het publiek gerichte reclame-uitingen voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten vallen onder het toezicht van de Keuringsraad. Behalve dat de fabrikant het reclamemateriaal ter goedkeuring moet voorleggen, houdt de keuringsraad ook toezicht op promoties die niet zijn voorgelegd aan de raad. Op moment van overtreding kan de organisatie naar de Reclame Code Commissie stappen of naar de rechter.

Naast de vele regels, is de enige eis die farmaceuten aan hun bijdrage mogen stellen, een deugdelijke boekhouding van de vereniging. Zij moeten kunnen nagaan dat het geld werkelijk aan bijvoorbeeld computers is uitgegeven.

De contracten voor de financiering zijn juridisch helemaal dichtgetimmerd en voor een leek onbegrijpelijk. Dit heeft tot gevolg dat er nul komma nul verantwoordelijkheid voor de projecten bij de farmaceuten komt te liggen. Daarnaast mag de vereniging natuurlijk geen schade berokkenen aan het imago van de financiers.

 

Dit is een deel van een artikel van Saskia Knegtering